Brittes Kookkunsten.

Lekkere recepten en avontuurlijke reisverhaaltjes!

Je suis un croissant

Op 25 juli staan Alex en ik om 10:00 uur klaar bij de poort met al onze 100 kilo aan bagage. Als de jongens ons om 10:30 nog niet hebben opgepikt, spookt het heel even door ons hoofd dat ze misschien van gedachten zijn veranderd en zonder ons zijn vertrokken. Gelukkig duurt het dan niet lang meer voordat we de (nogal lawaaierige) Honda van Antoine (bijnaam: Skinny Jones) aan horen komen. De komende dagen mag ik naast hem in de auto zitten. Terwijl ik mijn benen strek op mijn nieuwe plek, zie ik dat Alex zich achterin de auto van Théo (bijnaam: Pain au Chocolat) probeert te proppen. Dit wordt leuk! Nadat we in Airlie Beach de nodige etenswaren voor de komende dagen en een deken hebben gekocht, vertrekken we richting het noorden. Als we over de Bruce Highway crossen, vertelt Antoine dat hij zich ervan bewust is dat de auto niet helemaal normaal klinkt. Zijn Honda maakt dit geluid sinds hij op Fraser Island als een idioot offroad heeft gereden. Ik hoop maar dat dit niet wéér zo'n "leuke" autovakantie wordt… Na ongeveer een uur ben ik gewend aan de rijstijl van Skinny Jones. Hij is nogal een snelheidsduivel en vindt het leuk om de motor nog moeier te maken dan die al was.

Het plan voor de komende dagen is om op ons gemak richting Cairns te cruisen en onderweg zoveel mogelijk te doen/zien. We willen proberen steeds free camps te vinden om onze kosten te beperken. Onze eerste "camping" is niet fantastisch, pal langs de Bruce Highway én ook de spoorlijn is vlakbij, maar het is gratis! We zijn Bowen voorbij gereden en zitten zo'n 150 km van Townsville. Als we ons kamp hebben opgezet, worden we vergezeld door Joffrey en Clement (nóg meer Fransen..), vrienden van "onze" jongens. Ze reizen ook richting Cairns en vanaf nu vormen we een groep van zeven. Na het eten worden we ingeleid en leren we alle ins en outs, we worden overladen met (soms nuttige) informatie en Sebastian (bijnaam: Jean-Yves l'Allemand) vertelt me dat hij het soms heel irritant vindt als de rest Frans spreekt. Mocht ik me daar ook aan ergeren, dan hoef ik alleen te roepen "je suis un croissant" en iedereen schakelt over naar Engels! Ik leer al gauw dat ik nooit moet vragen hoe laat het is, want het is altijd beer o'clock.

Op dag 2 arriveren we al vroeg in Townsville en ontdekken we het aquarium, dat blijkt helaas verspilling van ons geld én van onze tijd. Na de onderwaterwereld genieten we van het uitzicht vanaf Castle Hill en aan het eind van de middag vertelt de app Wikicamps ons dat er een kampeerplek is in het centrum van de stad, helaas blijkt dit alleen een soort parkeerplaats te zijn. Uiteindelijk vinden we in het donker een prachtig plekje ongeveer 50 km ten noorden van Townsville. We zetten onze tenten op naast het campertje van Jay B, een super vriendelijke Australische vent met een enorme bierbuik en een piepklein hondje: Bella. Jay B heeft een mooi kampvuur waar we de hele avond bij mogen zitten. Hij legt uit dat hij eerst getrouwd was en in Sydney woonde, maar het was een [[[i]]]shitty marriage[[[/i]]], dus toen heeft hij al zijn spullen verkocht en nu reist hij sinds 3 jaar Australië rond met Bella.

De volgende dag staan we vroeg op, want we rijden eerst naar Townsville en vanaf daar pakken we om 11:30 de boot naar Magnetic Island. Tenminste, dat is het plan, dankzij ons Franse tempo missen we de boot, gelukkig gaat de volgende anderhalf uur later. Vanaf de ferry lopen we over het prachtige eiland richting ons hostel (met douche!!!!) en de rest van de dag doen we precies niks op het mooie strand, heerlijk!

Op 28 juli zetten Alex, Jean-Yves l'Allemand en ik onze wekker om 06:00 uur om van een geweldige zonsopgang te kunnen genieten. Daarna trakteren Alex en ik onszelf op een heerlijk luxe ontbijt. We hebben veel energie nodig vandaag, want we gaan op koalatour. Rond 10:00 uur zijn we compleet en beginnen we aan onze tocht naar het begin van de wandelroute. Na ongeveer 4 uur wandelen hebben we een slang gezien en we hebben kunnen genieten van de mooiste uitzichten, maar de koalateller staat nog steeds op 0… Seb, Alex en ik willen per se een koala zien, dus we wandelen nog een stuk door, de rest is moe en pakt de bus terug naar het strand. Net als ik echt hoop begin te verliezen, zien we een groepje mensen met camera's staan, zou het???? En ja hoor, ein-de-lijk!! Ik kan wel huilen van geluk, we zien niet gewoon een koala, we zien een koala met een baby-koala op haar rug, het is zo fantastisch en onmogelijk onder woorden te brengen. Ik ben het gelukkigste meisje op aarde vandaag (en de rest van de week). Aan het einde van de dag pakken we de ferry terug naar Townsville en rijden we opnieuw naar Jay B.

Op 29 juli rijden we naar Billabong Sanctuary, waar we de ochtend doorbrengen. We voeren wallaby's, aaien wombats én een krokodil, ik krijg zelfs ook nog even een python om mijn nek, super! Er is een soort krokodillenman die me sterk aan Steve Irwin doet denken en hij maakt een soort show van het voeren van de crocs. Even schiet het door mijn hoofd dat het best sensationeel zou zijn als de 4 meter grote krokodil ineens besluit Steve's arm op te eten in plaats van de homp vlees aan het stokje. Na ons bezoek rijden we terug naar Townsville, waar we lunchen in een park, basketballen en lekker op het strand liggen. Aan het einde van de middag keren we voor de laatste keer terug naar Jay B, morgen vervolgen we onze weg naar het noorden!

Als we afscheid hebben genomen van onze nieuwe vriend, racen we naar Little Crystal Creek en The Rock Slides. Een kleine wandeling brengt ons naar een werkelijk paradijsje. Het water is verfrissend (of ijskoud), maar ik krijg niet eens de kans om te bedenken of ik zin heb om te zwemmen, want ik word er meteen in gegooid door mijn "vrienden"… 's Middags drogen we op onder de warme zon en daarna zoeken we een paar uur naar een gratis campingplek die alleen te vinden is met een schatkaart. Uiteindelijk lukt het ons toch en we zetten ons kamp op in het zand, aan een watertje (maar niet te dichtbij de waterrand, want we weten niet zeker of er krokodillen zijn). Er is verder niemand op ons deel van de camping en het is geweldig, zo stil en zo mooi. Ik besef me dat ik zo ontzettend mega veel geluk heb dat ik al deze lieve mensen heb leren kennen. Het kan niet beter! Ik loop elk moment van de dag rond met een lach op mijn gezicht (zelfs 's ochtends!).

De nacht op dit bijzondere plekje blijkt iets minder leuk, het zand ligt niet heel comfortabel en Alex en ik worden wakker met pijn in onze rug en schouders, maar na een massage kunnen we er weer tegenaan. We klimmen met onze auto's naar een uitkijkpunt in het Girringun National Park. Vanaf daar bekijken we de Wallaman Falls (waterval van wel 268 meter!) en besluiten we de wandeling naar beneden te maken. Het is een prachtige route door het regenwoud met af en toe open een plek waar je de waterval tussen de bomen door kunt zien, erg mooi! Onder aan de waterval rusten we even uit, iedereen maakt wat foto's en dan klimmen we terug omhoog. Het blijkt een stikhete en zweterige tocht te worden. Uitgeput en uitgedroogd komen we terug bij de auto's. Na de lunch rijden we door en als ik wakker word, zijn we op de camping. Als ik mijn zooi aan het herorganiseren ben, komt een schattig stokoud koppel een praatje maken, ze vragen waar we vandaan komen en als ik antwoord dat ik [[[i]]]Dutch [[[/i]]]ben, vraagt de man: "Ken je dan ook Nederlands?" Heel grappig. Hij vertelt (in steenkolen-Nederlands) dat hij en zijn vrouw allebei in Nederland zijn geboren, maar al een eeuwigheid in Tasmanië wonen, ze zijn zelfs de taal een beetje verleerd! Elke winter, als het te koud is in Tasmanië, reizen ze rond met de camper op zoek naar warmer weer. Klinkt goed! 's Avonds maken we uiteraard weer een kampvuur en worden we vergezeld door Laureen en Sophie (alwéér Frans…), het is best een verademing om eens meiden om ons heen te hebben vinden Alex en ik allebei.

Op 1 augustus vertrekken Skinny Jones en Jean-Yves l'Allemand om 07:00 uur naar Mission Beach om daar te gaan skydiven. Een paar uur later zijn we eindelijk allemaal ingepakt en rijden we (met Sophie en Laureen achter ons aan) ook naar Mission Beach. Daar liggen we de hele middag op het strand en in het water. Als het donker is, vinden we een leuke kampeerplek in een National Park, aan een watertje waar zeker wél krokodillen zitten. We blijven weer zo ver mogelijk van het water vandaan, want we willen Cairns allemaal graag levend bereiken. We maken een zielig, klein kampvuur met nattig hout en drinken wat en kletsen wat.

De volgende ochtend worden we om 06:30 wakker met de slechtste rapmuziek die je maar kunt verzinnen. Als ik onze tent uitkruip, vertelt Seb dat dit revanche is van onze buurvrouw die vindt dat we gisteravond te luidruchtig waren. Voor de duidelijkheid: onze buurvrouw heeft een gemene pitbull en een dikke auto met op de voorruit in onwijs grote, roze letters [[[b]]]BITCH[[[/b]]]. Geen grapje! We besluiten er het beste van te maken en als we een andere (alweer Nederlandse) man op de camping spreken, zegt hij dat hij totaal geen last van ons heeft gehad. Gelukkig maar. We vertrekken op tijd richting de Josephine Falls, ook wel: het mooiste plekje op aarde. Verborgen in het regenwoud liggen de watertjes met super helder water. Er is een plek waar een soort natuurlijke glijbaan van de rotsen is, zo leuk!! Om daar te komen moet je wel eerst omhoog zien te glibberen. De jongens gaan eerst en het levert hilarische beelden op. Na een topmiddag rijden we naar onze laatste camping. We zetten onze tenten op en na het eten raak ik verzeild bij onze buren. Een van oorsprong Zuid-Afrikaanse vrouw en een Australische man (geen koppel). De vrouw vertelt me dat ze al 31 jaar in Australië woont, sinds een tijdje is ze fulltime vrijwilliger. Ze komt op voor de rechten van de oorspronkelijk bewoners van Australië, de Aboriginals. Ze reist met een bus rond en voert allerlei gekke stunts uit om in het nieuws te komen en de cultuur van de Aboriginals onder aandacht te brengen. Ook probeert ze de relatie tussen de Aboriginals en de andere Australiërs te verbeteren, [[[i]]]a hell of a job[[[/i]]], zo blijkt, maar wel ontzettend dankbaar werk. Het is zo mooi om te zien hoe iemand haar normale leven zomaar opgeeft om anderen te helpen.

Op 3 augustus kan ik om 08:00 uur de tent uit zwemmen, het is net een sauna. In het zonnetje word ik langzaam écht wakker en zie ik één voor één de anderen verschijnen. Na een rustige ochtend, vertrekken we rond 11 uur richting Cairns. Als we na 16 rondjes over de parkeerplaats in Cairns eindelijk een plekje hebben gevonden, duiken we meteen de Lagoon in. De temperatuur van het water is precies goed en we zijn zo super blij allemaal. Iedereen is helemaal gelukkig, bestemming bereikt!!!!!!